Simpele vegan nasi

Simpele, lekkere gerechten, ik kan er geen genoeg van krijgen! Zo bereidde ik deze makkelijke vegan nasi binnen een handomdraai en ook nog eens zonder pakjes en zakjes. Veel gezonder dus!

Dat nasi maken zonder pakjes en zakjes nog makkelijker was als mét, had ik niet verwacht. Daarbij komt dat je maar 5 ingrediënten nodig hebt. Laat dat nou als geroepen komen in het drukke leven dat we tegenwoordig hebben.

Als wij thuis nasi eten, eten we dat vaak op vrijdag om het weekend te ‘vieren’ of op woensdag om een soort break van het normale avg’tje in de week te hebben. Toch vind ik dat nasi altijd wel gelegen komt. Zo kun je het ook prima op tafel toveren als je vrienden te eten krijgt. Maak er dan bijvoorbeeld lekkere kipspiesen bij om het helemaal af te maken.

Ik koos ervoor om de nasi plantaardig te houden, maar mocht je het vlees toch missen, voeg dan wat kipblokjes toe. Ook zou je voor vega(n) kipreepjes of wokblokjes kunnen gaan. Verder kun je een omelet bakken, deze in kleine reepjes snijden en er vervolgens door heen roeren.

Of je nou kiest voor vegan, vegetarisch of met een stukje vlees, ik laat je met dit gerecht zien dat je helemaal niet veel nodig hebt om een lekkere nasi te maken en dat je vooral wat vaker afstand kunt nemen van de pakjes en zakjes kruiden uit de supermarkt!

Wat heb je nodig voor 4 personen?

• 300 gram rijst
• 450 gram nasi & bami groente
• 1 rode peper
• 1 teentje knoflook
• 4 eetlepels ketjap manis
• Eventueel: satésaus en kroepoek

Wat moet je doen?

• Halveer de peper, verwijder de zaadlijsten en hak in fijne stukjes. Hak de knoflook fijn.
• Kook de rijst volgens de verpakking.
• Verwarm een scheutje olie in een wokpan en roerbak de groente samen met de peper en knoflook op hoog vuur voor zo’n 8 minuten.
• Voeg de rijst toe aan de groente, roer door elkaar.
• Voeg de ketjap manis toe en meng door de nasi.
• Serveer de nasi eventueel met wat satésaus en kroepoek.

Heb je een recept geprobeerd? Deel je foto via Facebook/Instagram en tag @its.about.health in je berichtje 🙂